Op 8 april 2014 stopt Microsoft de ondersteuning van Windows XP. Vanaf die dag zullen er geen updates meer worden uitgebracht voor dit besturingssysteem. Ook veiligheidslekken zullen niet meer worden gerepareerd.dus
Blijkbaar wordt op 30% van de PC’s nog steeds Windows XP gebruikt. Dat wil zeggen dat het voor één op de drie PC-gebruikers hoog tijd wordt om over te stappen naar een ander operating systeem (OS).
Zoals zoveel anderen spreekt het gebruikersinterface van Windows 8 ook mij helemaal niet aan. Als het even kan geef ik de voorkeur aan sneltoetsen boven het gebruik van de muis. Voor elke verplaatsing van de cursor met de muis of een aanraakbeeldscherm moet je immers de handen weer van het toetsenbord halen.
Windows 7 is zeker geen slecht alternatief voor het leger XP-ers. De verwachting is dan ook dat er meer XP-ers zullen overstappen naar Windows 7, dan naar Windows 8. Let wel op, vanaf aanstaande oktober kun je alleen nog maar kiezen voor Windows 8!
Heb je een nieuwere PC, dan zullen de minimale systeemeisen van Windows 7 waarschijnlijk geen bezwaar zijn.
Kwam jouw PC voorgeïnstalleerd met Windows XP, dan zul je voor de overstap naar Windows 7 waarschijnlijk moeten investeren in een nieuwe PC. Terwijl XP voldoende had aan een 300 MHz processor, eist Windows 7 een krachtbron van 1 GHz.
Behalve Windows zijn er echter nog andere alternatieven; Max OS X, BSD en Linux. Ik moet bekennen dat ik, afgezien van enig gastgebruik, geen ervaring heb met Mac OS. Mac OS X is trouwens gebaseerd op BSD, een unix-versie.
Waar ik wel ervaring mee heb is Linux. Linux is ooit ontwikkeld als een kloon van unix. Zowel BSD als Linux worden dan ook beschouwd als unix-smaken. BSD is iets minder gebruiksvriendelijk dan Linux, maar ook een gratis alternatief.
Zelf denk ik dat Linux voor veel gebruikers een goed en goedkoop alternatief is voor Windows (XP). In principe zijn alle x86 processoren die Windows XP draaien ook geschikt voor Linux.
Mijn ervaringen met Linux
Mijn eerste ervaring met Linux was ergens in de tweede helft van de jaren ’90. Dat was met Slackware. Linux bestond toen een jaartje of zeven, maar was nog het domein van techneuten. Zeker niet voor gewone stervelingen zoals ik.
In 2004, dus ongeveer vijf jaar later, waagde ik een nieuwe poging. Deze keer met Mandrake, dat inmiddels is omgedoopt tot Mandriva.
Dit maal kwam ik aanzienlijk verder dan de eerste keer. Om te beginnen startte de PC op met een grafisch gebruikersinterface. Dat vereenvoudigd het navigeren; het is een kwestie van kijken, kiezen en klikken.
Bovendien was het internet in de tussentijd flink gegroeid en kon je eenvoudiger antwoord krijgen op eventuele vragen. Op dat moment vond ik Linux echter nog geen volwaardige desktopoplossing. In elk geval niet voor moi.
Weer vijf jaar later, in 2009 dus, ondernam ik mijn derde poging. En inderdaad, driemaal is scheepsrecht. Niet alleen het internet, maar ook Linux was inmiddels volwassen geworden.
Fedora, openSUSE en Ubuntu waren alle drie Linux-varianten die mij zeer aanspraken. Zij zijn goed gedocumenteerd, deze documentatie is bovendien vrij toegankelijk via het internet en daarnaast hebben ze een aanzienlijke en behulpzame gemeenschap van gebruikers.
Uiteindelijk ben ik april 2010, met de lancering van Ubuntu 10.04 serieus gebruik gaan maken van Linux. Sindsdien ben ik steeds meer Linux, en steeds minder Windows gaan gebruiken. Op dit moment gebruik ik zelfs helemaal geen Windows meer.

Welke Linux?
Oké, dus jij wil Linux ook een kans geven? Je kunt het gratis proberen, dus waarom niet? Je wordt dan wel gelijk geconfronteerd met een keuzeprobleem; welke Linux distributie?
Volgens Distrowatch zijn er op dit moment 272 actieve Linux-distributies. Dat wil zeggen distributies waaraan actief wordt gewerkt en waar dus een nieuwe versie van worden verwacht.
Wat is nou weer een Linux-distributie, zeg je? Zie een Linux-distributie als een merk. Ieder “Linux-merk” hanteert zijn eigen regels met betrekking tot het samenstellen van zijn Linux-variant.
Dus bijvoorbeeld welke software en welke versie van die software wordt meegeleverd. De een installeert standaard de database bij Libreoffice, de ander niet. De ene levert standaard GIMP, de andere niet. Gelukkig kun je elke distributie vrij eenvoudig aanpassen met behulp van een software manager.
Wat alle Linux distributies met elkaar gemeen hebben is een Linux kernel. Net zoals alle versies van Windows sinds XP gebruik maken van de NT-kernel. Deze kern is het kloppende hart van het besturingssysteem.
Een andere overeenkomst is het gebruik van repositories. Een repository is een website die dient als softwarebibliotheek van een bepaalde Linux-distributie. Het merdendeel van de benodigde software kun je met behulp van een software manager installeren vanuit die bibliotheek – gratis.
Voor het categoriseren van de beschikbare Linux-distributies kun je uiteenlopende criteria hanteren. In het bericht De aspecten van Linux-distributies passeren de belangrijkste kenmerken de revue.
Het meest in het oog springende verschil tussen de verschillende distributies is het grafische gebruikersinterface, kortweg ‘desktop’ genaamd. De desktop is namelijk het meest zichtbare deel van een besturingssysteem. In De vele gezichten van Linux zet ik de meest gebruikte desktops op een rij.
Verwarrend? Gelukkig zijn de overeenkomsten tussen de verschillende Linux-distributies groter dan de verschillen. Een Volkswagen en een Renault zijn verschillend, maar het zijn beide auto’s. Als je in de een kunt rijden, zal dat ook met de ander lukken.
Als we in de analogie van de auto’s blijven, dan kun je de desktop beschouwen als de carrosserie van een auto. Of je nu voor de sedan, hatchback of station uitvoering kiest, eronder schuilt dezelfde auto.
Tijdens mijn verkenningstochten in Linux land heb ik denk ik ergens tussen de 20 en 30 distributies geprobeerd. Dat lijkt heel wat. Het is echter maar 10% van het totale aanbod.
Op dit moment gebruik ik Debian 7. Zowel op mijn desktop, laptop als netbook. Als eerste Linux-distributie ben je echter beter af met een Ubuntu-gebasserde variant.
Linux Mint is op Ubuntu gebaseerd. Het is een zogenaamd derivaat van Ubuntu. Persoonlijk vind ik Linux Mint nog wel iets gebruikersvriendelijker en gepolijster dan Ubuntu.
En als grafisch gebruikersinterface adviseer ik dan de Cinnamon of de Xfce desktop. De Cinnamon-uitvoering is zonder meer het vlaggenschip van Linux Mint.
Het feit dat ik onlangs ben overgestapt van Linux Mint naar Debian heeft niets met Linux Mint te maken. De aanleiding is dat ik mij wil verdiepen in Linux als webserver. In die context heeft Debian mijn voorkeur boven Ubuntu – hoewel beide bijna even veel als webserver worden gebruikt.
Zo zie je maar weer, elke Linux distributie heeft zijn sterke kanten. Daarnaast mag persoonlijke voorkeur uiteraard ook een rol laten spelen. Over smaak valt immers niet te twisten.
Een Live DVD downloaden
De meeste Linux distributies bieden een zogenaamde Live CD of Live DVD. Het voordeel van een dergelijk live medium is dat je de distro kunt uitproberen voordat je deze installeert Je start de PC namelijk op vanaf de CD of DVD. Vervolgens kun je door de menu’s struinen, de bestandsmanager lanceren en door de bestandsmappen bladeren.
Zoals gezegd adviseer ik Linux Mint en dan met name met de Cinnamon desktop. Je kunt dan kiezen voor een 32-bits of een 64-bits versie van de DVD. Weet je zeker dat je computer een 64-bits processor heeft, neem dan de 64-bits. Weet je hier niet zeker of wil je het eenvoudig houden, kies dan voor de 32-bits versie.
Ben zo ver? Stuur dan je favoriete webbladeraar dan naar de download pagina van Liux Mint. Kies voor Mint Cinnamon 32-bits of 64-bits.Als je op de downloadpagina op 32-bit of 64-bit klikt kun je eventueel kiezen voor andere mirrors – websites die de downloadopties van Linux Mint spiegelen en daardoor als alternatieve downloadsite opereren. Hieronder bevinden zich altijd wel een of meerdere lokale websites, dat wil zeggen Nederlandse of Belgische opties.
Zodra de download gereed is neem je een blanco DVD en brand je de ISO. Kun je wel DVD-schijven branden, maar heb je niet de noodzakelijke software, download dan het gratis InfraRecorder.

Na het branden laat je de schijf in de speler zitten en herstart je de PC. Na enkele minuten verschijnt vanzelf het bureaublad van Linux Mint.
Werken vanaf een DVD of CD kent een aantal beperkingen. Allereerst werkt dit altijd langzamer dan vanaf een vaste schijf dus wees niet al te ongeduldig.
Daarbij kun je geen gegevens opslaan op een DVD of CD wel eventueel op de vaste schijf van je PC, deze worden automatisch aangekoppeld. In het Engels wordt dit aankoppelen mounting genoemd.

Verder kunt je ook geen programma’s of extra talen installeren. Via System Settings >> Regional Settings kun je wel eventueel kiezen voor Arabisch, Brits Engels, Chinees, Duits, Frans, Russisch of Spaans.
Wil je straks Linux Mint naast of in plaats van Windows (XP) installeren, dan kun je uiteraard wel kiezen voor een Nederlandstalige installatie.
Veel plezier met je ontdekkingsreis in Linux land.
Goedemorgen Wil Ransz,
Mijn complimenten voor het artikel “Linux als alternatief voor Windows”!
Het is een goede introductie, die hopelijk voor velen een uitkomst biedt, die niet op Windows 7,8 of Mac OS X kunnen of willen overstappen.
Optie “Vink dit vakje aan als je GEEN spammer bent”, heeft niet zo veel nut, denk ik.
Een spammer zal dit toch ook aanvinken?
Met vriendelijke groeten,
Reza
Beste Reza,
Dank voor je aardige reactie. Uiteraard heb je gelijk als je doelt op spammer van menselijke aard. Helaas bestaan er ook spammende bots. Tegen dit ongedierte is het extra vinkje effectief gebleken. Maar uiteraard werpt het wel een extra drempeltje op. Zal het vakje weg halen en kijken welke invloed dit op de commentaarspam heeft. Hopelijk kan het achterwege blijven.
Groet,
Wil
Goedemorgen Wil,
Dank voor de uitleg. Nee, als het zo werkt, niet weghalen!
Het is dan een heel doordachte, relatief eenvoudige voorziening.
Weer wat geleerd.
Overigens, hoe kunnen we Linux en de meegeleverde software, meer bekendheid geven bij het grotere publiek?
Nog steeds wordt de suggestie gewekt, dat er alleen Windows en Mac OS X is en Linux te moeilijk is. Terwijl bijvoorbeeld Android, “gewoon” grootschalig gebruikt wordt op mobiele apparaten. Dat geeft daardoor wel ook veiligheidskwesties op.
Als technicus en maatschappelijk betrokken, stel ik: Linux en (vrije) Open Source moet meer mensen mee kunnen laten deelnemen aan de Digitalisering en keuze geven hoe ze dat doen.
Met vriendelijke groet,
Reza Soeleman
Dag Reza,
Persoonlijk denk ik ook dat de desktop distros meer kansen verdienen dan deze momenteel krijgen. Vanuit de overheid komen schoorvoetend initiatieven van de grond die het gebruik van vrij software bij de (semi-)overheid moeten stimuleren.
Zelf probeer ik een steentje bij te dragen door blogposten zoals hier op Mijmeren onder de Zon. Heb zelfs een speciaal blog over vrije software overwogen. Helaas ontbreekt mij daarvoor de tijd.
De basis van alle vrije software is de vrije keuze. Je kunt Linux alleen maar aanreiken als zinvol en volwaardig alternatief voor Windows en Mac. De gebruiker heeft het laatste woord – zoals het ook hoort.
Groet,
Wil Ransz